Acht jaar lang was er niets verschenen van Oumou Sangaré, een van Afrika's meest imponerende zangeressen. Niet dat ze stil zat: ze bleef zingen en bouwde een zakenimperium op in Mali met een hotel en een eigen lijn terreinwagens. Toen was daar vorig jaar opeens haar comeback Mogoya. En het is een sterke comeback. Nog altijd strijdend tegen sociale ongelijkheid, klinkt er nu een nieuwe Oumou. De traditionele ngoni, kalebas en Wassoulou-zang zijn te horen naast elektrische gitaar en synthesizers, op een groove van afrobeat. Ook live staat Oumou Sangaré er weer als de stem van de Afrikaanse vrouwen. Al vanaf het begin van haar carrière vraagt ze op het podium en in haar liedjes aandacht voor vrouwenemancipatie; zelf was ze immers al op haar dertiende kostwinner voor haar moeder, broertjes en zusjes. In haar muziek vertaalt zich dat in gekwelde, maar bijzonder strijdbare zang.