Pianist Andrew Hill, vibrafonist Stefon Harris, bassist Dave Holland en de experimentele jazzrockgroep Aka Moon hebben met elkaar gemeen dat ze hun inspiratie vinden in de gelaagde 'symmetrische' ritmiek - ooit één van de uitgangspunten van het destijds door saxofonist Steve Coleman opgerichte M-Base collectief. Gedurende de jaren tachtig zocht deze groep musici, waarin o.a. Greg Osby en Cassandra Wilson, op een intensieve manier naar nieuwe manieren van improviseren, wat uitmondde in talloze melodieuze loopjes verpakt in een ingewikkeld en zeer doordacht ritmespel. De strikte theorieën zijn inmiddels een stuk losser, de kollektief-leden zijn ieder hun eigen weg gegaan, maar de ritmische patronen blijven boeien. Dave Holland geldt min of meer als de 'ontdekker van Coleman' en streeft hetzelfde muzikale doel na: vrijheid in gebondenheid. Holland studeerde contrabas en cello aan de fameuze Guildhall School en trad in die tijd al op met klassieke orkesten, avant-garde musici als Evan Parker en traditionele jazzmannen als Ronnie Scott, in wiens club Miles Davis hem voor het eerst hoorde spelen. Door Davis werd Holland aan het eind van de jaren 60 uit Engeland weggeplukt en sindsdien behoort de sympathieke Brit tot de absolute top der contrabassisten. Het Dave Holland Quintet werd onlangs door het vakblad Downbeat uitgeroepen tot de beste akoestische band, de cd Not for Nothin tot beste cd, Holland zelf tot beste bassist én de jazzman van het jaar.